Standpunt NVvR inzake insiderregeling functioneel parket

22 juni 2017

Op dit moment kent het functioneel parket (FP) van het Openbaar Ministerie een insiderregeling: de Regeling bezit financiële instrumenten FP. Deze regeling beperkt, kort gezegd, de vrijheid van alle medewerkers van het FP om transacties in financiële instrumenten te plegen en deze in eigendom te hebben.

Risico’s en waarborgen

Achtergrond van deze regeling is het vermijden van financiële belangenverstrengeling en het voorkomen van handelen met voorkennis. Omdat – zo wordt in de begeleidende correspondentie geschreven – de integriteit van alle mensen bij het FP voorop staat en er onbedoelde risico’s genomen kunnen worden, wordt met deze regeling beoogd een waarborg te treffen ter bescherming van de medewerkers en van de reputatie van het openbaar ministerie. Deze uitgangspunten worden in beginsel door de NVvR als nastrevenswaardig onderschreven.

Geen grondslag en overeenstemming

In eerder overleg tussen de NVvR en het College van procureurs-generaal is echter geconstateerd dat een wettelijke grondslag voor deze regeling ontbreekt. Zonder een dergelijk aanknopingspunt in de wet, is de formele status van een regeling onduidelijk. Over de totstandkoming van deze regeling is bovendien geen overeenstemming bereikt met de NVvR, hoewel dit wel is voorgeschreven.

Overleg geopend

Om aan deze ongewenste situatie een einde te maken is de NVvR in overleg getreden met het College en het Ministerie van Veiligheid en Justitie. Dit overleg is erop gericht alsnog een regeling toepasbaar te krijgen die de beoogde waarborgen kan geven, zonder dat daarmee de individuele belangen van de leden te zeer worden geschaad. De NVvR ziet in de door het functioneel parket voorgestelde regeling bijvoorbeeld enkele verregaande maatregelen afgekondigd, die voor het bedoelde effect – het waarborgen van de integriteit van de mensen en de organisatie – erg zwaar zijn. Een insiderregeling waarover met de NVvR overeenstemming kan worden bereikt is binnen de vereniging ook nog onderwerp van gesprek in onder meer de Commissie Rechtspositie.

Onderzoek departement

Door het ministerie is de maand juni uitgetrokken voor onderzoek naar de wettelijke grondslag en de kaders van bovenstaande vragen. Zodra de resultaten van dit onderzoek bekend zijn, zullen alle partijen zich buigen over de aan de uitkomsten van dit onderzoek te verbinden conclusies. Nadere berichtgeving daarover volgt naar verwachting nog voor het aanbreken van de zomervakanties.

Scroll naar boven